Artikel 5 van de wet van 2017 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen bepaalt dat een analyse van de impact van de loonniveaus op de werking van de arbeidsmarkt in het algemeen en op de integratie van risicogroepen op de arbeidsmarkt in het bijzonder wordt uitgevoerd. Aangezien de bevolkingsgroep van 60 jaar en ouder werd geïdentificeerd als een van de risicogroepen op de arbeidsmarkt (cf. documentatienota CRB 2019-2080 ‘Risicogroepen op de arbeidsmarkt’) en de invloed van lonen op de werkgelegenheid per leeftijdsgroep al werd behandeld in het verslag ‘Anciënniteitsverloning’ (CRB 2020-2180), wilde de CRB een nieuwe analyse laten uitvoeren om de andere factoren te bepalen die een invloed kunnen hebben op de werkgelegenheid van ouderen. Naarmate de werkzaamheden vorderden, werd het echter duidelijk dat het niet volstond om ons alleen te richten op mensen aan het einde van hun loopbaan.
De leden van de CRB waren het erover eens dat er proactief en preventief moet worden opgetreden om te voorkomen dat mensen voortijdig hun loopbaan beëindigen en om de werkzaamheidsgraad te verbeteren. Ze vonden het dan ook een goed idee om het onderzoeksgebied van deze nota te verruimen naar de volledige loopbaan en de factoren in kaart te brengen die de situatie op de arbeidsmarkt helpen verklaren tijdens verschillende sleutelfasen in een loopbaan, d.w.z. bij het betreden van de arbeidsmarkt, bij het verlaten van de arbeidsmarkt, en tijdens de periode tussen die twee uitersten.
Ook de doelstelling van economisch beleid met betrekking tot de beroepsloopbanen werd bijgesteld. Zo werd besloten om de loopbaanproblematiek te bekijken vanuit het oogpunt van de houdbaarheid van de overheidsuitgaven, in de context van de demografische vergrijzing.